Werkgroep Sint-Pieters-Buiten

13jan21CInfrabel’s kaalslag van de spoorwegberm in de St-Denijslaan in januari 2021 stuitte op veel onbegrip.

Infrabel, als beheerder van de sporen, kapte in de winter van 2020–21 meer dan 100 bomen in een natuurgebied ter hoogte van de Sint-Denijslaan in Gent.

Dankzij buurtprotest kwam er een onderzoek waaruit bleek dat Infrabel wel degelijk in de fout is gegaan.

Voor deze kaalkap vroeg Infrabel namelijk geen kapmachtiging aan bij

het Agentschap voor Natuur en Bos wat nodig is voor bosrijke gebieden. In dat geval is het Vlaamse Bosdecreet in voege. 

De kaalkap gebeurde in een zone dat het  “RUP 169 Groen” wenst te beschermen. De zone wordt in het RUP omschreven als een “biologisch zeer waardevol gebied”. In het gebied leven eekhoorns, hermelijnen, vossen, muurhagedissen, ijsvogels, spechten, bosuilen en verschillende vlindersoorten.

Toen Federaal Minister Gilkinet, bevoegd voor Infrabel, hierover aan de tand werd gevoeld in het Parlement, erkende hij dat er een zware fout is gebeurd.

Het dossier kwam aan bod in verschillende media zoals Het Laatste Nieuws, Het Nieuwsblad en Radio 2. Verschillende gemeenteraadsleden, lokale natuurverenigingen en het lokale buurtcomité volgen dit dossier nauwgezet op.

Intussen heeft de Vlaamse Overheid (Agentschap Natuur en Bos) maatregelen bevolen om herhaling van dergelijke bulldozerpraktijken te voorkomen. Er komt lokaal weliswaar een Regularisatie van het gebeurde “hakhoutbeheer”, maar om het herstel van de bosbodem en kruidvegetatie mogelijk te maken, mag er geen nieuwe ingrijpende kapping plaatsvinden binnen de 8 jaar.

Verder worden als milderende maatregelen opgelegd:

  • Om regeneratie van het hakhout te waarborgen en de verstoring van het broedseizoen te vermijden, mag er niet worden geveld of geruimd van 1 april t.e.m. 31 september.
  • Er mag niet worden geruimd wanneer de bodem te nat is om de gebruikte ruimingsmachines te dragen zonder schade aan de bosbodem. Het ruimen van de bomen dient dus te gebeuren tijdens een langere vorst- of droogteperiode. Daarbij mag op het uitsleeptracé geen verharding worden aangebracht. Om impact op de bodem te beperken, dient verplicht gebruik gemaakt te worden van de door de beheerder voorziene exploitatiepistes.
  • Tijdens het vellen en ruimen moet de onderetage en de inheemse natuurlijke verjonging maximaal gespaard blijven. Het aanwezige dood hout (zowel liggend als stand) moet ter plaatse blijven. Kroonhout/snoeihout mag niet worden verwijderd. Het wijzigen van de kruidlaag of struiklaag en het plaatsen van constructies zijn niet toegestaan.
  • De kapping mag in geen geval leiden tot een vermindering van de bosoppervlakte.
  • Als door de kapping open plaatsen zouden ontstaan in het bos is herbebossing van die open plaatsen verplicht. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van natuurlijke verjonging. Indien 3 jaar na het uitvoeren van de kapping nog onvoldoende natuurlijke verjonging met geschikte soorten aanwezig is, moet de verjonging aangevuld worden door aanplanting met bosplantsoen.

De Werkgroep Sint-Pieters-Buiten en de buurtbewoners verwelkomen deze maatregelen zodat dit ecologisch waardevol gebied zich kan herstellen. Daarnaast fungeert de zone ook als buffer tegen het licht van de hoge, nachtelijke verlichting. Verder dient de zone voor verkoeling in warme zomers en als buffer om overtollig water op te vangen. 

De Werkgroep Sint-Pieters-Buiten en de buurtbewoners vertrouwen erop dat daarmee soortgelijke kaalslag definitief tot het verleden behoort.

 

Pin It